In de ontwikkeling van de nieuwe generaties leerlingen ligt de focus met name op het aanleren van cognitieve vaardigheden. Met het woord cognitie (Latijn: cognoscere ~ kennen/weten) wordt ook het wel het 'vermogen om te leren' bedoeld. Oftewel het vermogen om iets waar te nemen, te onthouden, te delen, toe te passen, enzovoort. Op het begrijpen van en leren omgaan met emoties wordt daarentegen zeer beperkt tot geen aandacht besteed in het onderwijs. Terwijl juist die elementen essentieel zijn in de persoonlijke ontwikkeling van het individu.
Stel je nu eens voor dat al deze vaardigheden op een zodanige manier worden aangeleerd dat in dat leerproces weinig tot geen sprake is van emotionele intelligentie. Dat wil zeggen, je leert wel Nederlands spreken en schrijven, maar niet hoe je in die communicatie bewust bent van je emoties, de emoties van anderen, andere omgevingsfactoren, en ga zo maar door.
Ander voorbeeld, stel je voor dat je probeert een probleem op te lossen en alleen maar kijkt naar harde, aantoonbare feiten, de belangen van de verschillende betrokken partijen zijn ondergeschikt aan die feiten en laten jouw koud. Dit laat je ook merken in de communicatie. Hoe groot is de kans dat met de oplossing die jij aandraagt ook daadwerkelijk wat gedaan wordt? En hoe groot is de kans dat mensen in de toekomst nog eens met jou willen samenwerken? Sterker nog, hoe groot is de kans dat mensen jou zullen aanbevelen?